In de voorgaande jaren ging het leerkrachtenteam samen met de leerondersteuners (vroeger ondersteuners) en het Steunpunt voor Inclusie op zoek naar redelijke aanpassingen tijdens de praktijklessen. Zo werden de fysieke proefopstellingen in het laboratorium vervangen door uitgeknipte afbeeldingen waarmee Nathan de juiste proefopstellingen kon samenleggen. En in plaats van zelf stoffen af te meten en te mengen gaf hij instructies aan zijn medeleerlingen of leerkracht. Op deze manier kon Nathan succesvol zijn 6de jaar Chemie afronden.

Nu Nathan naar het 7de jaar Chemische Procestechnieken wil, rijzen er vragen bij het leerkrachtenteam. Kunnen we de redelijke aanpassingen voor Nathan wel verder trekken als hij misschien helemaal niet aan de slag kan als laborant?  Dit leidde tot de vraag: “Zijn er beroepen waar hij zijn kennis en ervaring kan inzetten, zonder dat hij zelf materialen moet hanteren?”

Is er wel een job voor Nathan?

De school is erg bezorgd over Nathan als toekomstige werknemer. Ze willen graag leerlingen het werkveld insturen waarvan ze weten dat zij hun job goed zullen kunnen uitoefenen. Tegelijk twijfelen ze niet aan zijn capaciteiten als toekomstige werknemer indien hij geen fysieke beperking zou hebben. Ze willen zijn toekomst niet hypothekeren.

Samen met Nathan, zijn ouders en het Steunpunt voor Inclusie onderzoekt het schoolteam de arbeidsmarkt waarin Nathan na zijn 7de jaar terecht zal komen. Zo ontdekken ze dat bedrijven die werknemers met een beperking tewerk stellen, recht hebben op premies van de overheid. Bovendien kan Nathan zijn leerkrachten geruststellen, hij is helemaal niet op zoek naar een job waarin hij veel fijn motorische handelingen zou moeten uitvoeren. Wanneer het schoolteam ontdekt dat er heel wat jobs zijn zonder dergelijke handelingen, zijn ze helemaal gerustgesteld.

Nathan kan starten in zijn 7de jaar Chemische procestechnieken met de zekerheid dat hij de nodige redelijke aanpassingen zal blijven krijgen én dat hij zijn diploma kan behalen.

Waar zit de flexibiliteit?

In het verhaal van Nathan komen verschillende vormen van flexibiliteit naar boven. In de eerste plaats zijn er de redelijke aanpassingen. In dit geval gaat het om compenserende maatregelen die tegemoet komen aan de beperkingen die hij ervaart. We denken dan bijvoorbeeld aan de papieren proefopstellingen.

Daarnaast wordt er vertrokken van een ruime jobinvulling. Door het exploreren van de arbeidsmarkt en de gesprekken hiervoor werd de mindset van het schoolteam veel flexibeler.

Tot slot kwam ook de flexibiliteit op de arbeidsmarkt in beeld, gaande van premies tot jobcrafting (of jobcarving). Bij jobcrafting onderzoekt een werknemer samen met de werkgever de verschillende deelaspecten van een job. Door flexibel om te gaan met deze deelaspecten, kunnen ze samen een job op maat samenstellen. Zo kan Nathan in het laboratorium bijvoorbeeld meer focussen op het registreren en verklaren van chemische reacties, terwijl zijn collega deze praktisch uitvoert.

Gouden sleutels

Stel in vraag hoe je competentie ziet. Is een leerling competent als ze uitblinken in elk domein van hun beroep? Of is het oké, zoals bij Nathan, dat ze wel alle nodige kennis hebben, maar misschien niet met elk werkterrein een match hebben.

Ga op zoek naar informatie en partners wanneer je voor een flexibel leerproces wil gaan. Doordat Nathan en zijn ouders, samen met het Steunpunt voor Inclusie, op zoek gingen naar informatie over mogelijkheden op de arbeidsmarkt, konden ze het schoolteam geruststellen en overtuigen om de flexibiliteit door te trekken naar zijn laatste jaar.

Sleutelgaten

Bespreek in het begin van een flexibel leerproces expliciet wat er zal gebeuren rond evaluatie. Nathan kreeg jarenlang de nodige flexibiliteit, maar toen hij plots in zijn laatste jaar kwam werd er getwijfeld. Dat geeft te veel onzekerheid voor de leerling en zijn ouders.

Een competentiebegeleider of pedagogisch begeleider betrekken kan heel wat onzekerheden wegnemen bij een school. Je kan de school gerust vragen om eens contact op te nemen met hun begeleider, zodat ze kunnen checken ‘mag dit wel?’.